Eenzaam op de savanne
Wat wij spreekangst noemen, is eigenlijk een heel spectrum aan emoties die, afhankelijk van de persoon en situatie, kunnen variëren van licht ongemak tot het soort blinde paniek dat je ervaart wanneer je de deur opent voor die eerste date met de man of vrouw waar je al jaren verliefd op bent. Emoties zitten ons vaak in de weg, maar eigenlijk zijn ze bijzonder nuttig. Zonder emoties zouden we niet in staat zijn om relaties op te bouwen of lief te hebben. Zonder angst zou je onder de eerste beste vrachtwagen lopen of je schoonvader zonder omwegen vertellen wat je echt van zijn barbecueskills vindt.
Hoe bang je bent en waarvoor, is deels aangeboren. Angsten kunnen ook geactiveerd worden door wat je meemaakt. Als je ooit een bijna-doodervaring had door een aanval van een chihuahua, is de kans op nervositeit groter wanneer zich een knuffelgrage Rottweiler op je schoot vleit. Als je angstdetector scherp staat afgesteld, werkt ook je verbeelding op volle toeren. Je sprak misschien nooit eerder voor een groep, maar kan je verrassend levendig inbeelden hoe het zou voelen als je voor een volle zaal de mist in gaat.
Waar angst voor roofdieren (en chihuahua’s) zelfs vandaag nog nuttig is, is een angstrespons niet zo handig als je voor een publiek moet praten. Toch is ook hier ons oerbrein aan het werk. We zijn namelijk bang dat ‘de groep’ (het publiek) ons uitsluit. Toen we nog op de savanne rondtrokken met onze vuurstenen werktuigen, betekende uitsluiting een doodsvonnis: zonder de hulp van onze familiestam, vormden we een makkelijke hap voor die troep jagende leeuwinnen.
Van elk konijn een tijger maken
Onze voorouders scanden voortdurend hun omgeving. Zo signaleerden ze bijvoorbeeld ritselend gras. Vervolgens overdreven ze: ze gingen ervan uit dat het een tijger was. Natuurlijk was het meestal een konijn, maar overdrijven maakte dat ze overleefden. Mensen die geneigd waren om te denken dat het maar een konijntje was, hebben zich waarschijnlijk niet kunnen voortplanten en zijn dus niet onze voorouders. Na het opmerken van het (vermeende) gevaar, probeerden onze voorouders het te controleren door te vluchten (flight), vechten (fight) of bevriezen (freeze).
Dat kan natuurlijk in moderne tijden redelijk complexe vormen aannemen, zoals een situatie passief vermijden door niets te doen, onszelf actief beschermen via agressief taalgebruik, actief een conflict vermijden door iemand te paaien of een leugentje om bestwil vertellen - ‘Ja, schoonpapa, natuurlijk zijn jouw satés malser dan de mijne’.
Bij spreken voor een publiek signaliseren we de kans op kritiek of moeilijke vragen, overdrijven we het risico dat het publiek ons zal afwijzen en proberen we de situatie te controleren door bijvoorbeeld een collega de presentatie te laten geven (vluchten), ons maniakaal voor te bereiden (vechten) of door een black-out te krijgen (bevriezen). Dat laatste komt in de praktijk heel, heel weinig voor. Ga zelf maar eens na: hoeveel presentaties heb jij in je leven al gehoord? En heb je al ooit iemand een blackout zien krijgen?
Dat brengt ons bij het volgende probleem: we houden onze angsten onbewust in stand. Telkens je toegeeft aan een angst en vermijdend gedrag stelt, onderhoud en vergroot je de angst. Ook onze gedachten strooien graag roet in het eten, zoals wanneer we eindeloos piekeren over wat er allemaal zou kunnen misgaan. Op korte termijn onderdrukken we dan wel onze angst door de hete aardappel naar een collega door te schuiven, uiteindelijk kan het feit dat we nooit ons eigen werk voorstellen onze carrière schaden. De hele tekst van je presentatie uitschrijven en letterlijk aflezen, neemt je angst voor een blackout weg, maar maakt je ook tot een oersaaie spreker.
De speren slijpen
Genoeg over het probleem. We beloofden een oplossing in de inleiding van deze blog. Nu moeten we dat wel meteen relativeren: het is een kwestie van leren omgaan met je sociale angsten. Als spreekangst diepgeworteld zit in je persoonlijkheid, zal je er wellicht nooit helemaal vanaf komen, laat staan in élke mogelijke situatie, maar met een vlijmscherpe speer in de hand kan je die tijger wel aan – of toch op z’n minst dat konijntje.
- Angst is niets om bang voor te zijn
Zoals je hierboven kon lezen, is (spreek)angst revolutionair gegroeid en volstrekt normaal. De angst normaliseren en dedramatiseren is een eerste, belangrijke stap.
- Klopt dit wel?!
Vervolgens kan je je bewust worden van je gedachten en deze uitdagen. We maken namelijk heel wat denkfouten, zowel voor, tijdens als na de situatie waarvoor we bang zijn. Ga na in welke mate jouw gedachten met de werkelijkheid stroken. We denken vaak dat we de gedachten van ons publiek kunnen lezen (‘ze vinden me onprofessioneel’), de toekomst kunnen voorspellen (‘Freddy van HR gaat weer moeilijke vragen stellen’) of dat het alles of niets is ‘(ofwel wordt dit een geniale keynote en staat niets mijn benoeming tot CEO nog in de weg, ofwel wordt dit het einde van mijn carrière’). Maar klopt dit ook?
- Wennen komt voor zwemmen
Enkel het uitdagen van je gedachten volstaat niet. Een volgende stap is de geleidelijke blootstelling (exposure), waarbij je telkens wat buiten je comfortzone gaat. Net zoals je als kind je natuurlijke angst voor verdrinken overwint door eerst aan watergewenning te doen voor je letterlijk en figuurlijk in het diepe springt. Iemand met hoogtevrees stuur je ook niet meteen de empire state building op. Uit recent onderzoek blijkt dat er al eens een grotere stap mag tussenzitten, mits dit gebeurt met toestemming van de persoon in kwestie.
Je hoeft niet meteen voor een vol Sportpaleis in een andere taal te gaan praten over een onderwerp waar je eigenlijk niet zoveel over weet, maar je kan je angst nooit overwinnen als je hem niet laat opkomen en in kleine stapjes overwint. De frequentie is belangrijk, zo bouw je gewenning op. Gaandeweg worden je angsten minder intens en houden ze minder lang aan.
- Opwarmen om het niet benauwd te krijgen
Een goede opwarming is niet enkel zinvol voor atleten. Zelfs doorwinterde topmuzikanten die al honderden optredens gaven, warmen zich vaak nog op. Ze komen wat vroeger, spelen zich in en doen stemoefeningen. Ademhalingsoefeningen kunnen helpen om tot rust te komen. Hetzelfde geldt voor een vast ritueel voor elke presentatie. Je kan bijvoorbeeld de zaal al eens gaan bekijken of alles rustig klaarzetten.
- Pick your battles
Tot slot nog een geruststellende gedachte voor wie zich overweldigd voelt bij het lezen van al deze tips. Doordat angsten zo normaal zijn, is het niet nodig voor iedereen om op elke angst te werken. Als je bang bent voor schorpioenen en niet van plan bent om te emigreren naar een land waar ze volop voorkomen, hoef je die angst niet aan te pakken. Als je nooit voor een groot publiek moet spreken binnen je functie, hoef je je niet op je gemak te voelen als je voor honderd mensen praat. Maar het kan wel zeer zinvol zijn om te oefenen in praten voor je eigen team of het voorstellen van een project of idee voor een beperkte groep collega’s.
Bronnen en leestips
- Handboek exposure – Anja Greeven en Arnold van Emmerik
- Angstvrij – doe wat aan je angsten voor ze jou wat aandoen – Robert L. Leahy
- https://perco.be/science-based/assertiviteit