De nonkel met de kettingzaag: hoe komt het dat mensen onveilig werken?

Het kan zomaar gebeuren dat Bart, een van onze PerCo-trainers, een opleiding rond veiligheid begint met foto’s waarop hij bergen beklimt, van metershoge rotsen springt, skiet in een gebied waar geen pistes zijn, of met een raft van bamboe op een Thaise rivier dobbert. Hij kan meerdere slides vullen met foto’s die hij liever niet aan zijn moeder laat zien. Hij gebruikt ze niet om te illustreren hoe cool hij is (dat spreekt voor zich), maar net om aan te tonen dat niets menselijk ons bij PerCo vreemd is. En onveilig gedrag, op het werk en daarbuiten, blijkt heel menselijk.

Hoe komt het toch dat zovelen, tegen beter weten in, onveilig werken? En waarom is het moeilijk om elkaar daarover aan te spreken? Het antwoord vonden we, zoals zo vaak, in de wetenschap.

Zelfoverschatting en routine: een gevaarlijk duo

Heb jij ook zo’n nonkel die op zondag, na twee pintjes, de kettingzaag op gang trekt en vervolgens, gekleed in een short en houthakkershemd met opgestroopte mouwen, op een wankele ladder klimt om snel even een paar takken van die grote eik achteraan in de tuin te zagen? En kijkt hij je ook steevast wat meewarig aan als je hem vraagt of dat wel een goed idee is?  

Wat vaak meespeelt, zijn psychologische risicofactoren die onveilig gedrag in de hand werken. Zelfoverschatting speelt daarbij een grote rol. Uitspraken zoals ‘Dat zal mij nooit overkomen’ of ‘Ik weet waar ik mee bezig ben’ zouden een alarmbelletje moeten doen afgaan.  

Een onderzoek van Ola Svenson (1) in Zweden en de VS illustreert onze neiging tot zelfoverschatting treffend. In zijn steekproef gaf de helft van de proefpersonen aan dat ze tot de 30% (Zweedse steekproef) en zelfs 20% (Amerikaanse steekproef) veiligste chauffeurs behoorden. Maar liefst 93% van de Amerikaanse en 69% van de Zweedse proefpersonen gaf bovendien aan dat hun rijvaardigheden boven het gemiddelde liggen. Je hoeft geen wiskundig genie te zijn om te begrijpen dat dat onmogelijk is.

Verder zijn er ook verschillen tussen de geslachten: mannen nemen meer risico’s (2) en vertonen meer zelfoverschatting. Kortom: je tante zal waarschijnlijk wel beschermkleding dragen wanneer ze die kettingzaag van stal haalt en iemand vragen om de ladder vast te houden. Of een professional bellen, natuurlijk.
Angst beschermt ons tegen het nemen van risico’s. Een gebrek aan angst kan leiden tot gevaarlijke situaties. Onderzoek naar hoe we (overdreven) angsten overwinnen, leert ons iets over een potentieel gevaar: routine. Als men zich maar vaak genoeg blootstelt aan een specifiek gevaar, dooft de angst voor dat gevaar langzaam uit. (3)

Denk maar eens terug aan die eerste keer op de autostrade. Waarschijnlijk had je het gevoel dat het allemaal te snel ging, was je hypergeconcentreerd en bleef je nog liever aan 70 kilometer per uur op de rechterrijstrook hangen dan die vrachtwagen in te halen. Jaren later haal je die vrachtwagen niet enkel zonder aarzelen in, maar drink je onderwijl van je iced latte macchiato, stel je de gps in of zoek je naar die ultieme playlist op Spotify. We hoeven je vast niet te vertellen dat dit soort handelingen het risico op ongevallen aanzienlijk verhogen.

Daarnaast is weinig angst voelen ook een persoonlijkheidskenmerk. Mensen die in hun vrije tijd risico’s opzoeken, zullen dat op de werkvloer ook sneller doen. Gelukkig voor Bart is PerCo geen onveilige werkomgeving… 

Veiligheid is een werkwoord

Liefde is een werkwoord, en dat geldt eens te meer voor veiligheid. Preventieadviseurs doen broodnodige inspanningen om werkomgevingen zo veilig mogelijk te maken. Bij PerCo richten we ons op het menselijk aspect: hoe kunnen we mensen overtuigen om veiliger te werken? Hoe creëer je (psychologische) veiligheid binnen je organisatie?

Om stap voor stap te streven naar een veiligere werkomgeving, is het tot op zekere hoogte zinvol om de omgeving zodanig in te richten dat je mensen hun gedrag voor een stukje ‘stuurt’. Zo stelde men bij een van onze klanten vast dat het geschilderde voetpad van hun motorparking naar de ingang, een veiligere route die een omweg van nauwelijks tien meter betekent, massaal genegeerd werd door werknemers (en door een van onze PerCo-consulenten, ja inderdaad, opnieuw Bart!). Betonnen blokken langs het voetpad gaven al een duidelijker signaal, maar toch bleven enkele hardleerse motorrijders (waaronder Bart) over de betonnen blokken springen om de omweg te vermijden. Een nadarafsluiting bovenop de betonnen blokken verplicht je nu om rond te lopen en het voetpad te volgen.

Gelukkig zijn er heel wat dingen die je als leidinggevende én als collega kan doen om dergelijke ingrepen overbodig te maken of de genomen maatregelen op z’n minst kracht bij te zetten.

Safety at work

Communiceren over onveilig gedrag: 3 tips

  1. Spreek elkaar aan

Een eenvoudige aanmaning zoals ‘Zet je helm eens op’ kan wonderen doen en mogelijk zelfs iemands leven redden... Waarom voelen we ons dan zo geremd om dit te doen? Vaak komt dat vanuit de angst om kritiek te geven, iets dat intuïtief aanvoelt als ‘gevaarlijk terrein’ in een werkomgeving. We zijn bang dat onze opmerking negatieve reacties zal uitlokken, en kampen met gedachten zoals ‘Als ik dit zeg, maak ik me niet populair’, ‘Hij zal boos op me zijn’ of ‘Hij gaat dat niet pikken van mij’. In een machocultuur is het bovendien extra moeilijk om iemand aan te spreken op onveilig gedrag.

Uit onderzoek (4) blijkt dat de meest efficiënte toon om de veiligheid te verhogen de zogenaamde ‘prohibitive voice’ is. Je spreekt daarbij in de gebiedende wijs: kort, to the point en zonder ruimte voor discussie. Je zegt dus niet ‘Eigenlijk zou je hier een helm moeten dragen’, wat insinueert dat er marge is voor discussie. Maar wel: ‘Je moet hier een helm dragen.’

Het is belangrijk dat er een sfeer hangt waarin iedereen de psychologische veiligheid voelt om collega’s aan te spreken. Vriendelijk als het kan, streng als het moet.

  1. Verhoog de bewustwording

Soms zijn mensen zich niet voldoende bewust van de gevaren. Ze gewoon opsommen is niet doeltreffend. Een leuke oefening is een reverse brainstorm, waarbij de deelnemers zelf onderzoeken hoe ze hun werkomgeving zo onveilig mogelijk kunnen maken. Hoe zorgen ze voor zoveel mogelijk ongevallen? Wat zouden ze invoeren of net afschaffen wat betreft regels, materiaal, …? Vervolgens maak je drie categorieën: soms, elke week en dagelijks, en geven de deelnemers van elk voorbeeld aan hoe vaak ze dit in hun omgeving zien gebeuren.

Deze oefening maakt handig gebruik van de beschikbaarheidsheuristiek, waarbij deelnemers automatisch zaken opnoemen die ze al eens op de werkvloer meemaakten. Wanneer de deelnemers de antwoorden vervolgens sorteren volgens voorkomen, wordt het in elke workshop keer op keer pijnlijk duidelijk: veel van de ‘ideeën’ om de werkvloer zo onveilig mogelijk te maken, zijn dagelijkse kost. Tijd om daar iets aan te doen, dus!

  1. Werk foute overtuigingen weg

Er heersen heel wat foute overtuigingen in groepen werknemers, zoals ‘veiligheidsopleidingen zijn voor de statistieken’, ‘het bedrijf wil zichzelf gewoon indekken’, ‘productie gaat voor veiligheid’ of ‘ongelukken gebeuren sowieso, dit is nu eenmaal een onveilige omgeving’. Omdat we de neiging hebben om informatie die onze eigen overtuigingen ondersteunt sneller te geloven, negeren we vaak informatie die dit soort overtuigingen tegenspreekt.

Hier gebruiken we bij PerCo vaak de ‘selfconvincing’-techniek om aan bewuste counter-framing te doen, een oefening waarbij we deelnemers uitdagen om zelf argumenten te zoeken die hun overtuiging onderuithalen.

Ook je impact als safety professional verhogen?

Speciaal voor safety managers, preventieadviseurs en anderen die dagdagelijks bezig zijn met het creëren van een veiligere werkomgeving, ontwikkelden we binnen de PerCo Academy de open opleiding Psychology for safety professionals die inzicht biedt in de fundamentele psychologische principes die je taak moeilijker maar ook net makkelijker kunnen maken. We werken daarvoor zoals steeds met wetenschappelijk onderbouwde modellen en eigen cases, en maken ruimte voor persoonlijke reflectiemomenten en ervaringsuitwisseling met collega’s uit verschillende organisaties.

Bronnen

  1. Svenson, O. (1981). Are we all less risky and more skillful than our fellow drivers? Acta Psychologica, 47(2), 143–148. https://doi.org/10.1016/0001-6918(81)90005-6
  2. Trivers, R. (2011). The folly of fools: The logic of deceit and self-deception in human life. Basic Books/Hachette Book Group.
  3. Chambless, D. L., & Ollendick, T. H. (2001). Empirically supported psychological interventions: Controversies and evidence. Annual Review of Psychology, 52, 685–716.
  4. Kluger, A. & DeNisi, A. (1996). Effects of feedback intervention on performance: A historical review, a meta analysis, and a preliminary feedback intervention theory. Psychological Bulletin, 119(2), 254–284.

Wil je onze blogposts als eerste ontvangen en lezen?

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief!