Met de regelmaat van de klok worden her en der initiatieven opgestart om meer doorgroeikansen voor vrouwen te creëren. Allemaal met nobele bedoelingen, dat wel, maar laat ons een kat een kater noemen, een wezenlijke verandering brachten ze niet tot stand. Nog steeds is het aantal vrouwen in topfuncties bedroevend laag, zetelen er amper vrouwen in directiecomités en moet je de vrouwelijke ‘presidenten’ van werkgeversverenigingen met een loep gaan zoeken.
 
PerCo betoogt dat bedrijven en organisaties er veel bij kunnen winnen om zowel mannen als vrouwen leidinggevende functies toe te vertrouwen. We hebben nu immers vastgesteld dat sommige bedrijfsculturen intern zeer competitief zijn -  iets wat op maat gesneden is voor de manneijke psyche. Als bedrijf zorg je er echter best voor dat er binnen de organisatie een cultuur en beleid van coöperatie heerst in plaats van competitiviteit. Van nature zal de mens wel concurreren met de buitenwereld (de out-group), de andere bedrijven dus. 
Mannen en vrouwen moeten tenslotte niet gezien worden als concurrenten voor leidinggevende posities, wel als een ongemeen sterk complementair team!